Mediaal Tibiaal Stress Syndroom MTSS (Shin Splints / Springschenen)

Mediaal tibiaal stress syndroom is een verzamelterm voor verschillende scheenbeen irritaties en wordt ook wel MTSS genoemd. Het is een overbelastingsblessure van het onderbeen, die vooral voorkomt bij sporters die veel lopen, zoals hardlopers, militairen, triatleten, aerobicsinstructeurs en studenten aan sportopleidingen. Maar ook bij sporten waarin veel wordt gesprongen, zoals bij volleybal, basketbal en turnen. Vrouwen hebben een groter risico op deze klacht dan mannen.

Andere (voorheen) veelgebruikte benamingen voor deze aandoening zijn ‘shin splint’, ‘scheenbeenvliesontsteking’ of ‘springschenen’.

Het samenspel van verschillende spiergroepen, waaronder de diepe kuitspier (m. soleus), de achterste en voorste scheenbeenspier (m. tibialis anterior en posterior) en de lange teenbuigspier (m. flexor digitorum longus), zorgt voor de stabiliteit van het onderbeen, tijdens staan, lopen en springen.

Deze spieren zetten zich vast aan het beenvlies, aan de binnenkant van het scheenbeen. Het beenvlies is de zeer bloedvatrijke en pijngevoelige buitenbekleding van het botweefsel, dat als het ware om het bot heen zit. Door overbelasting van deze spieren, ontstaat er teveel trekkracht op het beenvlies, wat irritatie en ontsteking van het beenvlies tot gevolg kan hebben. Het is ook mogelijk dat de directe werking van rennen en springen op het scheenbeen leidt tot een stressreactie van het bot.

De meeste pijn wordt ervaren op de onderste helft van het scheenbeen aan de binnenzijde. De klacht kan ontstaan door o.a. intensief sporten op een harde ondergrond, een afwijkende voetstand of afwijkende beenstand, de manier van lopen, een beenlengteverschil, korte kuitspieren en/of het dragen van ongeschikt schoeisel.

• Overbelasting spieren van het onderbeen
• Stressreactie van het bot
• Intensief sporten op een harde ondergrond
• Eenzijdige training
• Intensivering hardlopen
• Intensivering heuvels oplopen
• Afwijkende manier van lopen
• Afwijkende voetstand
• Afwijkende beenstand (O-benen)
• Beenlengteverschil
• Korte kuitspieren
• Dragen van ongeschikt schoeisel

• Stekende, zeurende pijn aan de binnenkant van uw scheenbeen
• De ergste pijn zit in onderste deel van het scheenbeen en dan met name op het bot
• Pijn tijdens het sporten (hardlopen, springen, tennissen)
• Klachten bij aanvang van het sporten
• Klachten na het sporten
• Bij een ernstige vorm van Shin Splints ook pijnklachten tijdens het sporten

• Voorkom overbelasting van de spieren
• Pas uw trainingsintensiteit aan
• Zorg voor een goede warming-up
• Kies een andere (zachtere) ondergrond voor uw trainingen
• Gun uzelf voldoende tijd voor herstel na het sporten
• Neem voldoende rust
• Koel de pijnlijke plek na de training, gedurende 10 tot 15 minuten, met een ice-pack
• Pas uw (sport)schoenen aan aan het advies van de podotherapeut 
• Draag de podotherapeutische steunzolen altijd

• De podotherapeut onderzoekt uw klachten
• Er kan met analyse-apparatuur een analyse worden gemaakt van uw looppatroon, een eventuele afwijkende stand van uw benen en voeten, alsmede de drukverdeling van uw voeten
• Ook wordt nagegaan of er sprake is van een beenlengteverschil
• Medical taping kan worden toegepast om de pijn te verminderen
• Corrigerende podotherapeutische inlegzolen kunnen worden aangemeten, die voorkomen dat het scheenbeen wordt overbelast
• Daarnaast kan met deze steunzolen een eventuele standsafwijking van de voeten en benen (een O-stand) worden gecorrigeerd
• Ook een beenlengteverschil kan hiermee worden bijgesteld
• Een hakverhoging kan nodig zijn om de pijnlijke plek iets te verlichten
• Uw schoenen worden eveneens beoordeeld
• Een (sport)schoenadvies kan worden gegeven, met aandacht voor zoolmateriaal, ballijn, hakhoogte, stabiliteit bovenwerk, stevig contrefort, etcetera
• Er kan ook worden geadviseerd compressie kousen aan te schaffen ter reducering van uw klachten
• Ook kunnen rekoefeningen worden meegegeven voor de kuitspieren en oefeningen, die gericht zijn op het verbeteren van de kracht en stabiliteit van de voet- en kuitspieren
• Een evaluatiemoment volgt 6 tot 10 weken na de definitieve therapie

• De klachten die ontstaan, genezen vaak langzaam en kunnen snel terug komen, als geen adequate maatregelen worden getroffen

• Een doorverwijzing naar een (sport)fysiotherapeut kan nodig zijn voor een intensieve massage, die gericht is op het verminderen van de spanning op de kuitspieren en de trekkracht van de spieren aan het scheenbeenvlies